Muziek Jeroen en Joyce
19-04-2012 15:03Hier ziet u het uitgewerkte deel van muziek, eerst ziet u per domein een lesvoorbeeld en als laatste ziet u ons zelfontworpen les.
Domein 1: zingen
We gaan het nummer de droomboom zingen, we leren dit nummer aan doordat de kinderen korte stukjes moeten nazingen. Iedere keer is het stukje MET begeleiding van de cd.
Domein 2: bewegen
Iemand van de dansschool komt om de kinderen de beginselen van het hiphop te leren. Ze leren simpele bewegingen op muziek. Deze activiteit duurt een hele les. De volgende les komt die zelfde persoon weer om alles nog even kort te herhalen. Vervolgens bedenken groepjes van 5 met hulp van de hiphop docent een dans op muziek van 4 keer acht tellen.
Domein 3: luisteren
Het ontdekken van instrumenten, hard en zacht spelen. Stukje met een instrument spelen en dit na laten spelen. Verschillende muziekinstrumenten laten horen en laten zien. Kinderen ontdekken de instrumenten en leren er op spelen. Hier ook veel plaatjes bij laten zien zodat de kinderen goed de link kunnen leggen tussen het muziek instrument en hoe het eruit ziet. Eventueel kun je ook nog de muziek instrument onder een doek leggen en dan een geluid erop spelen en dat de leerlingen al ontdekkend erachter komen welk muziekinstrument het is.
Domein 4: spelen
De kinderen gaan aan de slag met bodysound. Nadat ze een begin activiteit hebben gedaan waar ze de juf of meester moesten nadoen. Gaan ze zelf in groepjes van 5 een stukje bodysound bedenken van 2 keer 8 tellen. Aan het eind van de les voeren ze het stukje op.
Domein 5: noteren
Kinderen bedenken aan de hand van een thema bijvoorbeeld dieren een stukje lied. Ze doen dit doormiddel van geluiden te maken of eventueel gebruik te maken van instrumenten of het lichaam. De kinderen noteren het op een notenbalk doormiddel van tekeningen die ze bedenken voor de verschillende geluiden.
Muziekles
Domein 3, 4 en 5
Domein 3:
De kinderen luisteren naar een stukje bodysound. Ze luisteren eerst zonder dat ze de beelden zien en schrijven op wat de mensen gebruiken. Gebruiken ze handen, voeten maar misschien ook nog wel een kruk of kast. Na een keer luisteren krijgen ze het filmpje te zien en kunnen ze kijken of hun antwoorden kloppen.
Vervolgens gaat iedereen staan, de leraar speelt stukje voor. De leraar klapt in een bepaald ritme in zijn handen. Dit zijn korte stukjes die de kinderen na doen. Na een paar keer alleen geklapt te hebben, worden er voeten bij gebruikt maar ook op de borst of op de benen te slaan. Dit houden we hoog uit 5 minuten vol.
Domein 4:
Na die vijf minuten krijgen de kinderen in groepjes van 5 de opdracht om ook een stuk bodysound te bedenken. De lengte van het stuk moet vier keer acht tellen zijn.
Domein 5:
Alles wat de kinderen bedenken schrijven ze op. Hiervoor gebruiken ze een A4 papier waar ze 4 notenbalken op tekenen die ze verdelen in 2 delen. Eén notenbalk staat voor 8 tellen. Doormiddel van tekens/tekeningen die ze zelf bedenken schrijven ze hun bevindingen op. Je kan hier bijvoorbeeld denken aan een handje als ze moeten klappen en een voetje als ze moeten stampen.
Omdat je de kinderen zelf tekens laat bedenken onthouden ze beter hoe hun stukje bodysound gaat waardoor ze als ze niet aan de beurt komen het een volgende keer toch nog kunnen opvoeren.
Zoveel mogelijk groepjes en het liefst allemaal presenteren hun notatie en doen hun stukje voor de klas.